Kansenplanologie

De Beurs van Berlage zat bij de opening van het Jaar van de Ruimte propvol. Het bewijst, volgens lector vastgoed Cees Jan Pen in zijn Cobouw column (26-1-2015), dat ruimte leeft en er onder ruimtelijk ordenaars behoefte is aan nieuwe kaders, concepten en manieren van omgaan met de ruimtelijke werkelijkheid. Vervolgens heeft hij het veel over de kaders en weinig over nieuwe manieren.
Pen heeft, samen met Herbert ter Beek van BEA, een analyse gemaakt van retail- en binnenstadvisies van de G32. Retailvisies blijken te zitten op de lijn van verbieden en binnenstadvisies willen juist uitnodigend zijn. Dat wringt en in praktijk kiest men voor ‘incidentenplanologie’. Zodra een megastore zich meldt, wordt het beleid ter versterking van de binnenstad nogal eens vergeten. Soms zelfs met de smoes dat de ‘hyperformule’ goed is voor de binnenstad.

Dat moet afgelopen zijn, meent Pen. Nieuwe provinciale colleges moeten straks helder inhoud geven aan de regierol die in de verkiezingsprogramma’s wordt beloofd. Zij moeten: “een eind maken aan de incidentenplanologie en regionaal kiezen op basis van objectieve facts en figures.” Hoe moeten we ons dat voorstellen? Een soort Regionale planologische dienst die op basis van onomstreden feiten en cijfers bepaalt waaraan ‘behoefte’ is? Daar moet je bij de mondige burger niet meer mee aankomen, lijkt me. Als het sinds de crisis en het webwinkelen al realistisch zou zijn.

Vanaf de introductie van de zelfbedieningswinkel, kort na de oorlog, hebben bestuurders en belangenorganisaties pal gestaan voor de kleine grutters en kaasboeren. En zij niet alleen. Ook de consument steunde zijn winkeliers, zij het steeds vaker met een bij de supermarkt vergeten boodschapje of een bemoedigend praatje dat de omzet ook niet erg omhoog helpt.

Uiteindelijk kiest de consument en dat is zijn goed recht. Maar kennelijk ook weer niet, want hoewel het Rijk de handen er ogenschijnlijk van heeft afgetrokken, blijven provincies en gemeenten supermarkten aan de stadsrand weren. En dat wil het Rijk stiekem ook want, zo schreef Anouk van Kampen afgelopen zomer in NRCQ: “In de Structuurvisie Infrastructuur en Ruimte (SVIR) is een ‘ladder van duurzame verstedelijking’ opgenomen dat de detailhandel ondersteunt. Eerst kijken of er vraag is naar een bepaalde nieuwe ontwikkeling voordat er toestemming wordt gegeven.”

Maar hoe kun je nu beter bepalen of ergens ‘vraag’ naar is dan door de markt zijn werk te laten doen? Waarom vinden we ‘gestuurde winkelnering’ een acceptabele manier om – tegen beter weten in – een duurzame of levendige binnenstad te bevorderen? Gelukkig loopt het met die betuttelende ‘ladder’ dankzij de crisis niet zo’n vaart en kiezen bestuurders voor de ‘incidentenplanologie’, die wat mij betreft beter ‘kansenplanologie’ mag heten.

28 januari 2015 geplaatst in RO magazine