Volgens de een liggen we met onze wind-, zon en andere duurzame plannen uit het Klimaatakkoord aardig op koers, volgens de ander weten we nog geen druppel op de gloeiende plaat te laten sissen. Maar er blijft in het nationale klimaatdebat ook iets onbesproken. Het IPCC gaat in zijn jongste rapportage – waarvan we ons allemaal weer zijn rotgeschrokken – ook uitgebreid in op kernenergie om de uitstoot van CO2 terug te dringen. Discussiëren over kernenergie doen we niet, het is onze olifant in de kamer.
Waarom dat zo is werd duidelijk tijdens de bijeenkomst ‘Does The World Need Nuclear Power?’ op maandagavond 22 oktober in het Amsterdamse debatcentrum Pakhuis de Zwijger. Wat bedoeld was als een debatavond over kernenergie nu de klimaatverandering wel erg urgent lijkt te worden, pakte anders uit.
Geen opponenten gevonden
De moderator van dienst had de ondankbare taak om aan te kondigen dat er geen tegenstanders van enig formaat waren gevonden om het op te nemen tegen ecomodernist Michael Shellenberger en zijn side-kick, hoogleraar Jan-Leen Kloosterman van de TU Delft. Of dat aan de tegenstanders of aan de programmeur van de avond lag, liet hij wijselijk in het midden. Op zijn vraag wie in de zaal pro-kernenergie was, stak tachtig procent van de aanwezigen zijn hand op. Slechts een enkeling durfde zich te bekennen als tegenstander. De rest hield zijn mond.
Jan-Leen Kloosterman gaf prettig nuchter aan waarom alleen een energiemix met kernenergie in staat zou zijn om op een betaalbare manier aan de onontkoombaar groeiende energievraag tegemoet te komen zonder de 1.5-gradendoelstelling te laten mislukken. Hier was weinig plaats voor bewustwording, eco-alternatieven en consuminderen. Dit ging over harde cijfers van een groeiende wereldbevolking en een groeiende welvaart.
Daarna ging Shellenberger los en het was al snel duidelijk waarom maar weinig anti-activisten het tegen deze fanatieke bekeerling willen opnemen. Want Shellenberger was ooit zelf een linkse milieuactivist en tegenstander van kernenergie, maar nu kiest hij met hetzelfde vuur de andere kant met zijn beweging Environmental Progress.
Het vuur van de bekeerling
Alle argumenten pro komen in sneltreinvaart langs en alle ‘drogredenen’ van de tegenstanders worden ontkracht. De Duitse energie is sinds de ‘atomausstieg’ twee keer zo duur als de Franse, er vallen meer doden door ongelukken in de windindustrie dan in kerncentrales, het afval slingert niet rond maar wordt compact en veiliger opgeborgen dan gewoon chemisch afval, oude accu’s en zonnepanelen vol metalen. Kernafval als grondstof voor een vuile bom is een onzin scenario, in Tsjernobyl vonden achtentwintig brandweerlieden de dood en vielen vijftien straling gerelateerde doden, in Fukushima zelfs niet een. Daar vielen alleen slachtoffers door natuurgeweld, angst, paniek en een onnodige evacuatie.
Waarom willen we het rationele verhaal niet horen? Omdat we bang zijn voor kernenergie, analyseert Shellenberger. Omdat het gekoppeld is aan de angst voor de kernbom – met dank aan Robert Oppenheimer en Albert Einstein – en omdat er mensen zijn die helemaal niet willen dat we kunnen beschikken over energie in overvloed. Shellenberger wijst op de sociaal-darwinistische en soms zelfs racistische ondertoon in pleidooien voor leven met de natuur, zonder betaalbare energie en dus met minder mensen.
Geen ruimte, wel koelwater
Ik geloof niet dat die ideologische categorie van argumenten in Nederland een grote rol speelt. Angst wel. Die angst zorgt er volgens de pleitbezorgers voor dat we extreme veiligheidseisen stellen aan technieken die al vele decennia bewezen veilig zijn. Daarom kunnen exploitanten hier geen standaard kerncentrale bouwen zoals ze in Frankrijk, China, Korea of desnoods Rusland draaien. Daarom kan exploitatie in Nederland niet uit.
Maar belangrijker nog: iedere exploitant vreest de publieke opinie die nooit zal stoppen om veilig, veiliger, ‘inherent veilig’ te eisen. Altijd zijn er bezwaren en het voorzorgsprincipe. Zoals bij de vragen aan het slot van de bijeenkomst. ‘Is het dichtbevolkte en overstromingsgevoelige Nederland wel geschikt voor kernenergie?’ Ja juist, zegt Kloosterman: ‘Wij hebben geen ruimte voor al die wind- en zonneparken, maar we hebben overal koelwater bij de hand.’
Dit blog werd eerder gepubliceerd op romagazine.nl