Behalve in Amsterdam-West was het ook in Amsterdam-Noord, -Oost en -Zuidoost onrustig op maandagavond 11 november. Kinderen getooid met lampionnen trokken bij het vallen van de avond langs de deuren om een Sint Maarten liedje te zingen in ruil voor snoep of liepen mee in een georganiseerde optocht met lichtjes en muziek. Alles ter ere van Sint Maarten die ooit zijn mantel zou hebben gedeeld met een bedelaar.
Van oudsher vormt het IJ de Sint Maarten-grens, maar met wat hulp houdt de traditie op sommige plaatsen ook stand bezuiden het veelbezongen water. Waar in de Zaanstreek en Waterland in mijn herinnering groepen kinderen tot een jaar of tien veelal onbegeleid langs de deuren trokken (en de iets ouderen aanschoven voor ‘een handje bij’), zijn het nu vooral moeders die met hun kroost in groepjes langs bekende adressen in de buurt gaan. Het liedjesrepertoire is al decennia ongewijzigd, de mandarijntjes blijven onaangeroerd en de toffees vinden gretig aftrek.
Bedreigingen en steun voor Sint Maarten; het feest van licht en samen delen
Verschillende maatschappelijke ontwikkelingen bedreigen en bevorderen het feest van licht en samen delen. Op veel plekken heeft de traditie te lijden onder individualisering en gevoelens van onveiligheid. In laagbouwbuurten met eengezinswoningen is de deurbelcamera (‘We can’t answer the door right now, you can leave a message’) usance geworden en is onaangekondigd bezoek zeldzaam. Daar staat het succes van de pakjes-aan-huis-economie tegenover. Waarschijnlijk uit welbegrepen eigenbelang nemen we pakjes voor de buren aan en zorgt dat voor wat burencontact.
Steun voor Sint Maarten komt uit onverwachte hoek. De buitenschoolse opvang (BSO) en in andere buurten de nannies grijpen de gelegenheid aan om de kinderen in het lastigste uurtje voor ze worden opgehaald – of waarin de ouders thuiskomen – bezig te houden. Eerst lampions knutselen en vervolgens bij een geselecteerd aantal adressen zingen en snoep verzamelen. In de meer traditionele omgeving doet de school het knutselwerk en zijn de moeders de klos voor de collecte. Vaders zie je zelden.
In Amsterdam Oost (en soms in West) krijgt Sint Maarten al veertien jaar een bijzondere viering. Op initiatief van het buurtwerk en Community Art stichting ACCU – en onder begeleiding van steltlopers, fanfares en percussie – lopen ouders, kinderen en wie maar mee wil doen een processie door de buurt. Veelal met een diezelfde dag uit sloophout getimmerde draak of ander beest dat tot slot van het evenement in brand gaat.
Bij een eerdere editie in West mocht ik ’s middags op een pleintje meetimmeren aan het houten paard. We trokken natuurlijk veel belangstelling en nieuwsgierigheid van de jongeren uit de buurt. Een jongetje vroeg mij: ‘Is Sint Maarten christelijk?’ Ik besefte op dat moment pas dat het natuurlijk een christelijke traditie is. Voor ik antwoord had kunnen geven, riep een oudgediende van de optocht: ‘Nee hoor, Sint Maarten is voor iedereen’. Het was voor dat moment genoeg en even later zat een meisje gedurende de hele processie hoog te paard en wuifde als een vorstin naar de omstanders. Met spijt liet ze zich aan het einde van de tocht van het paard tillen. De traditie wil immers dat het beest in de fik gaat. Dit jaar brandde in West een tram.
Deze column verscheen op 18 november 2024 bij Romagazine.nl