Cultuurcentrum Schunck in het ‘glaspaleis’ van Heerlen doet precies wat een dergelijk cultuurgebouw – naast het verheffen van de eigen bevolking – moet doen. Mensen van buiten trekken die vervolgens blijven hangen om hun geld uit te geven aan de lokale middenstand. Tenminste, dat doet het in mijn geval.
Naar aanleiding van de Dag van de Stad in Heerlen afgelopen maandag en een speciale ROm-editie over IBA Parkstad, de Stadsregio Parkstad Limburg en het stedelijk vernieuwingsbeleid, moet ik terugdenken aan een bezoek van een paar jaar terug.
Schunck, genoemd naar het voormalig warenhuis, toont in 2019 de rondreizende tentoonstelling Basquiat, the Artist and his New York Scene. Heerlen is de meest bereikbare plek voor een Randstedeling om het werk van de legendarische graffiti-artiest en schilder te gaan zien. Cultuurhuis Schunck biedt veel interessants over de kunstenaar en hoe het zo gekomen is, maar betrekkelijk weinig van de schilderijen waarvoor ik gekomen ben. Enfin.
Hoe lang je een bezoek aan zo’n tentoonstelling ook rekt, op een bepaald moment sta je weer buiten. Je hebt niet zo lang in de auto gezeten om meteen weer terug te gaan, dus de stad in. Als een witte burcht op een rots lokt in de verte het Maankwartier. Een verbijsterende monoliet die al ver voor De Grote Kleine Treinen Competitie aan een modelspoorberg met tunnel doet denken.
Na beklimming van een steil pad in aanleg tref ik een gezelschap op excursie onder leiding van een excentrieke kunstenaar. Hij claimt de hele berg bedacht en tot in detail getekend te hebben. Van de woningen in de citadel tot de winkels eronder. Van de vele pleinen, nissen en niveaus tot de huisnummerplaatjes.
This town ain’t big enough
Van de steile trappen naar het ongunstige deel van de stad verwacht de artiest voldoende afschrikwekkende werking om de bewoners van Noord aan hun kant van het spoor te houden. Van de afdaling naar de binnenstad aan de zuidzijde zal de heilzame werking van het Maankwartier naar de oude binnenstad glijden. Als iemand het waagt iets te opperen over de weinig bescheiden opzet van het project, wordt hij verontwaardigd gecorrigeerd. Alsof Heerlen zijn kans niet zou mogen grijpen om verloren grandeur terug te winnen!
Wie vanaf Schunck is komen lopen heeft dan al gezien dat de oude grandeur op tal van plaatsen leeg staat, net als veel doorsnee winkelpanden. Winderige gaten markeren de plekken waar inmiddels tot sloop is overgegaan. Het is wel duidelijk dat de vele nieuwe winkelmeters in het Maankwartier de laatste kansrijke plekken van de binnenstad om zeep zullen helpen. Of de winkels op de maanberg blijven leeg omdat innovatieve ondernemers meer zien in oud leegstaand vastgoed met stijl en allure, nu nog verborgen onder het stof. This town ain’t big enough for both.
Kunstenaar, uitvinder, bouwmeester
De kunstenaar blijkt ondertussen Michiel Huisman. Een lokale artiest en uitvinder die ook echt de bouwmeester van het geheel is. Hij topt zijn gevels met sterren en planeten en heeft een soort klokkentoren met een zonnespiegel laten installeren om het licht te brengen waar het normaal niet komen kan. Een eerste bewoner is enthousiast over zijn woning en het uitzicht, de dame van het hip bedoelde koffietentje houdt zich behoedzaam op de vlakte. Ik drink een lokaal biertje in een oude kroeg tegenover Schunck. Aardige mensen aan de bar.
Inmiddels procedeert een vastgoedbaas met de gemeente over de winkelleegstand en is het plan voor een hotel in de burcht mislukt. De karavaan trekt verder en de burgemeester en de wethouder jubelen in ROm 11 van deze maand, helemaal gewijd aan IBA-Parkstad en de aanpak van urgente opgaven in de oude mijnstreek.
Deze column werd op 4 november 2021 geplaatst bij Romagazine.nl